Leestijd: 4 minuten

Wat is er mis met belonen?

Je hoort en ziet het best veel tegenwoordig: dat kinderen beloond worden als ze iets goed doen. Ik denk dan bij voorbeeld aan stickersbeloning verdienen: bij zoveel stickers krijgen ze een cadeautje, of mogen ze iets leuks doen. Of: als jij nu even voor mij ……. (vul maar in), dan mag je vanavond ………:  beloningen voor gedrag dat het kind laat zien.

Wat doe je eigenlijk met beloningen geven? Wat is het effect?

Als een kind beloond wordt, omdat hij iets goed doet, leert het wenselijk gedrag te vertonen. Dit komt dan echter niet voort uit een intrinsieke motivatie (van binnen uit), maar wordt in werking gezet door de beloning. Als de beloning weg blijft, zal het gedrag ook geen stand houden. En wat heb je dan eigenlijk bereikt? En wat is het effect op het kind?  Wordt het daar een beter mens van?  Nee, het leert hoe het zich ‘moet gedragen’.

Het effect kan zelfs echt negatief zijn

Je kunt een kind ook ‘belonen’ door het ‘op te hemelen’. Dan komen we op het gebied van complimentjes geven, waar ik al eerder een blog over geschreven heb. En met complimentjes bedoel ik: zeggen dat een kind zo goed is, omdat …….. Als je dergelijke complimentjes geeft aan je complimentkind, maak je je kind onzeker en afhankelijk van goedkeuring.

Want wat zal een kind doen?

Het zal dat gedrag willen (moeten!) laten zien om geliefd/aanvaard te worden. En nou kunnen wij wel zeggen: ‘dat bedoel ik helemaal niet’, maar met complimentjes geven zeg je dat eigenlijk wel.

Een voorbeeld uit m’n eigen leven

(zelfs al weet ik hoe het niet moet, de valkuil is groot!)

Ik was bij de tandarts geweest omdat ik vreselijke kiespijn had. M’n dochter vroeg de volgende dag: Hoe is het nu? Is de kiespijn weg? M’n kiespijn was niet weg, helaas, en ik vond het fijn, dat ze er naar vroeg. Nu kon ik vertellen hoe rot ik me voelde. Maar wat zei ik na het telefoongesprek? “Lief, dat je er naar vraagt”.  Wat had ik beter kunnen zegen? “Ik vind het fijn dat je er naar vraagt.” Wat, dát is wat het is. Ik vond het fijn, ik was er blij mee. Wat communiceer ik als ik zeg ‘lief, dat je er naar vraag?’ Dat het (zij!) niet lief zou zijn als ze er niet naar gevraagd zou hebben. Wat kan dat teweeg brengen? Dat ze de volgende keer denkt: Ik moet(!) even vragen hoe het er mee is. Ze kan zich schuldig gaan voelen als ze niet vraagt. Dat is natuurlijk niet mijn bedoeling, maar dat kan het wel als uitwerking hebben. Het is fijn als iemand iets doet omdat hij/zij weet dat het een positief effect heeft, en niet, omdat hij/zij dan lief zou zijn.

Een prachtig verhaal

Nog even over het belonen. Ik heb daar een heel mooi verhaal van gelezen dat ik je graag meegeef. Het werd aangehaald in het boekje ‘Opgroeien in vertrouwen’ van Justine Mol en komt uit het boek Punished by Rewards van Alfie Kohn. In dit boek wordt een onderzoek beschreven waaruit naar voren komt, dat kinderen – die eerst beloond werden voor een bepaalde actie – stopten met die actie toen het belonen achterwege bleef. Kinderen die dezelfde actie deden zonder beloond te worden (gewoon, omdat het een leuke actie was) bleven doorgaan met deze actie. Hieruit kan worden opgemaakt, dat krachtige, systematische beloning een vermindering van betrokkenheid bij de taak kan opleveren. Het navolgende verhaal illustreert dat.

Een oudere man werd elke dag uitgescholden door een groepje tienjarige kinderen, als zij langs zijn huis kwamen op weg van school naar huis. Nadat de man voor de zoveelste keer te horen had gekregen hoe stom en lelijk en kaal hij was, kreeg hij een idee. De volgende dag liep  hij de kinderen tegemoet en kondigde aan dat iedereen die de dag daarop terug zou komen om hem de huid vol te schelden, een euro zou krijgen. Verbaasd en opgewonden kwamen ze de volgende dag terug en scholden nog fanatieker dan anders. De man gaf hen ieder een euro. ‘Als jullie morgen weer komen, krijgen jullie ieder 50 cent’, zei hij. Oké, dat vonden ze ook nog wel de moeite waard. Dus de volgende dag was het weer een geschreeuw van belang voor de deur van de oude man. Hij betaalde weer keurig en zei: ‘Het wordt me een beetje te duur. Wie morgen nog terugkomt, krijgt tien cent van me.’ De kinderen keken elkaar aan. ‘Tien cent? Daar doe ik het niet voor.’ En ze kwamen nooit meer terug.

Wat de oude man gedaan had was hun intrinsieke motivatie lek slaan. Iets wat ze eerst met plezier deden, vonden ze nu helemaal niet leuk meer. Dat is nu wat miljoenen goed bedoelende ouders, leerkrachten en andere opvoeders dagelijks doen met de kinderen die ze belonen, of ze zich dat nu realiseren of niet. Ze doden de belangstelling voor precies die dingen waartoe zij ze willen omkopen.

Mijn conclusie

Laat kinderen oorzaak en gevolg zien. ‘Als jij mij helpt met iets, dan word ik blij’, of ‘dan heb ik meer tijd om andere dingen te doen’. Dát ‘moet’ de drijfveer van kinderen worden, en niet, omdat ze ‘het dan goed doen’, of ‘lief zijn’, of er beter van worden. Laat (als het kan) de keuze bij het kind, zodat hij/zij kan ervaren wat de gevolgen zijn. En natuurlijk kan een kind niet alleen maar doen wat hem of haar zelf goed lijkt en waar hij/zij zin aan heeft; je mag als ouder grenzen stellen, en eisen stellen, daar ben je opvoeder voor. Maar koop je kind niet om. Begeleid je kind zo veel mogelijk, in plaats van te verleiden met beloningen. Vertel wat de gevolgen zijn van bepaald gedrag. En ……… onderzoek de oorzaak van bepaald negatief gedrag, want er zit altijd een behoefte onder.

Vind jij het lastig om je kind te motiveren? Of om grenzen of eisen te stellen? Hoe ga jij er mee om? Laat hieronder je reactie achter, ik lees het graag (en reageer altijd terug).

Deel dit via: